Anne-Marie Munnik: Een ‘level playing field’ voor duurzaam beleggen is binnen handbereik
Anne-Marie Munnik: Een ‘level playing field’ voor duurzaam beleggen is binnen handbereik
Europese beleggers – en dan met name Noord-Europese institutionele beleggers – lopen voorop in de beleggingswereld met hun ambities ten aanzien van verantwoord beleggen. Toch zijn er ook duidelijke verschillen zichtbaar binnen Europa, met partijen voor wie verantwoord beleggen gemeengoed is en partijen die achterblijven. Het gebrek aan duidelijke standaarden was daarbij een belangrijke belemmering. Het vaststellen van de ‘taxonomie’ voor duurzame investeringen door de Europese Commissie is een belangrijke stap voorwaarts. Nu moet deze nog tussen de oren van beleggingsprofessionals komen.
De transitie naar een duurzame samenleving staat inmiddels hoog op de agenda van Europese regelgevers, waarbij hun aandacht zeker ook uitgaat naar beleggers. Ze werken er hard aan om verantwoord beleggen beter te faciliteren met wet- en regelgeving. De formulering van een actieplan van de Europese Commissie voor duurzame financiering in 2018 was daarbij een belangrijke stap. Ten grondslag aan dit actieplan lagen aanbevelingen van een groep experts ten aanzien van drie vraagstukken. Hoe kunnen publiek en privaat kapitaal naar duurzame beleggingen worden gedirigeerd, welke maatregelen kunnen financiële instellingen en toezichthouders nemen om milieurisico’s te mitigeren, en ten slotte: hoe kunnen beleidsmaatregelen op een pan-Europese schaal worden geïmplementeerd? Het actieplan voor duurzame financiering werd in maart 2018 door de Europese Commissie aangenomen.
Het actieplan was een eerste stap en de implementatie is ‘work in progress’. Een belangrijke recente mijlpaal was eind vorig jaar het akkoord over een zogenaamde taxonomie, ofwel een lijst met criteria waaraan investeringsprojecten moeten voldoen om zich duurzaam te mogen noemen. Voordien was dit niet gereguleerd en had iedereen de vrijheid te claimen dat een project duurzaam was, ook al was dit technisch wellicht helemaal niet zo. Dit heeft geleid tot het fenomeen ‘greenwashing’, waarbij beleggers konden claimen meer aan duurzaam beleggen te doen dan ze in werkelijkheid deden.
Met de taxonomie kan een investering of belegging pas duurzaam worden genoemd als deze activiteit wezenlijk bijdraagt aan een van de Europese milieudoelstellingen, zoals duurzaam gebruik van water, de transitie naar een circulaire economie en aanpassing aan de klimaatverandering. Voor elke activiteit zijn technische criteria opgenomen als bijvoorbeeld gebruik van grond en maximale emissie en bovendien mag er geen duidelijke schade worden aangebracht aan een ander doel.
De taxonomie voor duurzame investeringsprojecten is een belangrijke stap voorwaarts in de ontwikkeling van duurzaam beleggen. Beleggers die al vooroplopen op dit gebied, kunnen dit nu beter aantoonbaar maken. Beleggers wiens doelstelling het is om meer bij te dragen aan een duurzame toekomst, weten nu welke beleggingen en investeringen hieraan ook daadwerkelijk bijdragen en kunnen nu de juiste keuzes maken. Onduidelijkheid over wat wel en niet kwalificeert als een duurzame belegging, kan niet meer als argument gebruikt worden om niet duurzaam te beleggen. En ‘greenwashing’ behoort niet meer tot de mogelijkheden. Er ontstaat een level playing field voor (institutionele) beleggers. De taxonomie betekent ook een belangrijke stap naar een level playing field voor aanbieders van duurzame investeringsprojecten of beleggingen: een investering of belegging kan niet langer als duurzaam in de markt worden gezet als deze het in werkelijkheid niet is.
Met de invoering van de taxonomie zal duurzaam beleggen een verdere groei in omvang en professionaliteit doormaken. En hoe sneller deze tussen de oren van beleggers komt, hoe sneller dat zal gaan.