Thijs Jochems: Ander gebruik gereedschapskist voor beleggen is noodzaak na COVID-19
Thijs Jochems: Ander gebruik gereedschapskist voor beleggen is noodzaak na COVID-19
Niet voor het eerst maakt de wereld een grote schok mee. De omvang, snelheid, impact en synchroniciteit van de corona-crash zijn echter zonder precedent. Het pad naar herstel zal niet synchroon verlopen. Zowel tussen en binnen regio’s en landen als tussen en binnen bedrijfstakken zullen er grote verschillen in snelheid en omvang van het herstel optreden. Het beleggingsproces zoals instituten dat nu volgen, is niet toegerust op een wereld waarin de spreiding rondom de gemiddelden zo extreem is.
In grote lijnen ziet het beleggingsproces van institutionele beleggers er als volgt uit: we hebben een aantal discrete economische scenario’s en daaruit distilleren we verwachte rendementen voor de verschillende assetcategorieën. Die uitkomsten vergelijken we vervolgens met de uitkomsten van de statistische – intelligente zo u wilt – extrapolatie van de historie, zoals ALM die geeft. Er volgt een uitkomst die een gemiddelde weergeeft van duizenden scenario’s. In het beste geval wijkt u dan een paar procent van die uitkomst(en) af. Wat is daar mis mee in de post-COVID-19 wereld?
COVID-19 heeft een versnelling gegeven aan een aantal structurele ontwikkelingen. En dan hebben we het niet alleen over de grote vier: digitalisering, wereldhandel, verstedelijking en klimaatverandering, maar ook over structurele sub-trends als thuiswerken, verkorting van supply-chains et cetera. Dit maakt het inzetten van een langere termijn route voor beleggingen zonder meer complexer. Belangrijker nog, het betekent dat de vertaling van alle verschillende scenario’s in met name de gemiddelde economische groei en in gemiddelde verwachte rendementen u niet gaat helpen bij het nemen van beleggingsbeslissingen. Zoals aangegeven, wordt het een herstel dat verschilt in snelheid en omvang tussen en binnen landen en bedrijfstakken.
Kijk bijvoorbeeld naar het meten van zowel de impact als het herstel van COVID-19. Het BBP daalde tijdens de GFC in 2008/2009 wereldwijd met 0,1%. De laatste schattingen van het IMF van juni jongstleden duiden op een daling van het wereldwijde BBP in 2020 met 5%. En dat is nog zonder dat de huidige tweede golf in met name Europa en Latijns-Amerika is meegenomen. De verschillen in het herstel zijn echter groot. China lijkt al vrijwel hersteld, terwijl de relatieve positieverslechtering van de Europese economie door COVID-19 alleen maar lijkt te versnellen. Als we kijken naar de verwachtingen, dan zullen we ergens in 2023 toch wel weer op het peil van het BBP uit 2019 zitten. Maar is BBP wel een goede maatstaf voor herstel als we hele bedrijfstakken onder water zien gaan en een paar grote technologiebedrijven zien floreren? Met daarnaast in vele landen rond de 30% van de bevolking die op de armoedegrens terechtkomt?
Of kijk naar de overheidssteun. Door massale steun van overheden en de centrale banken aan bedrijven en werkenden, zijn de eerste COVID-19 klappen opgevangen. Op dit moment is nog maar 5% van de Europese beroepsbevolking afhankelijk van kortetermijncompensatie door de overheid, al is dit percentage groeiende. Daarnaast ontvangen ook zombiebedrijven steun en lijken ze dus nog levensvatbaar, terwijl die ook zonder COVID-19 al ‘gedoemd’ waren.
Uit het voorgaande kan een aantal conclusies worden getrokken. Dé wereld is een wereld van grotere verschillen in snelheden, overlevingskansen en opportunities geworden. De standaard gereedschapskist voor beleggen, waarin we werken met verwachte gemiddelden, is niet meer bruikbaar. U zult een sprong moeten wagen. Niet in het diepe, maar, om niet te verdrinken, in een ‘leeg’ gemiddelde. Pas uw beleggingsproces aan, zodat u beter kunt inspelen op de vergrote spreiding die in alles optreedt.