Roland van den Brink: Zijn we onderweg naar een ander tijdperk?
Roland van den Brink: Zijn we onderweg naar een ander tijdperk?
Door Roland van den Brink, Oprichter van TrigNum
Ontwikkelingen zoals de coronapandemie, de recente gewapende conflicten, de klimaatstress en het opkomende populisme maken velen onzeker. De geschiedenis heeft echter de neiging zich te herhalen en er zijn patronen te herkennen die houvast bieden. De vraag voor mij is of er een sociale kentering op komst is. En zo ja, wat de mogelijke impact is op het rendement.
Er zijn ontwikkelingen die steeds terugkeren. Ondanks dat er moeite wordt gedaan om financiële (beurs)crises te voorkomen, zien we die zich keer op keer voltrekken. De gangbare opvatting is dat in dit decennium de Vierde Industriële Revolutie is begonnen, met de toepassing van artificiële intelligentie als versnellende factor. De geschiedenis leert echter dat technische ontwikkelingen weliswaar snel kunnen gaan, maar dat het vaak 15 à 20 jaar duurt voordat de samenleving erop is ingesteld. Denk aan het internet en de mobiele telefoon, die begin jaren ’90 een hype waren en pas vanaf 2010, met de doorbraak van cloud computing en smartphones, mondiaal gemeengoed werden.
In Figuur 1 heb ik een aantal trendmatige ontwikkelingen en vaak waargenomen ontwikkelingen opgesomd:
Figuur 1
Wat brengt deze ‘informatie’ ons? Mijn afdronk is dat veel van de huidige gebeurtenissen in de pas lopen met de historie. Oorlog en vrede wisselen elkaar af. Er is geen reden waarom dat ineens anders zou zijn. Ook is het oplopen van staatsschulden geen nieuw fenomeen en zijn pandemieën van alle tijden. Soms laat een herhaling op zich wachten, zoals recent inflatie, waardoor het lijkt alsof de situatie anders is.
Elk van dit soort bewegingen heeft een eigen ritme. Dat maakt dat er soms tijdvakken zijn dat er veel meezit of juist tegenzit. Het besef begint post te vatten dat de kwart eeuw 1995-2020 in economisch en politiek opzicht eerder een positieve uitzondering is en dat we in dit decennium weer terug zijn bij de ‘gangbare’ onzekerheden en tegenvallers.
Is er meer aan de hand?
Vooral bewegingen die na een eeuw optreden, zoals sociale kentering, hebben in de transitie vaak een grote impact op de persoonlijke veiligheid, huisvesting, bezit en werk. De Oostenrijkse theoloog Paul Zulehner heeft er boeken over geschreven. Er komen andere normen en waarden, een herijking van wat belangrijk is, nieuwe dogma’s en vaak een andere levensstijl. Woorden als ‘vakantie’ en ‘pubertijd’ waren vóór 1880 nauwelijks bekende begrippen. De periode daarna zien we de opkomst van het denken in economische termen en individualisme. Kapitalisme werd het dogma. Deze transitie leidde er bijvoorbeeld toe dat de adel een andere status kreeg. De kentering bracht bijna voor iedereen meer welvaart (jaren ’20), maar pas na twee gruwelijke wereldoorlogen veranderde het idee over macht en vrede. In zo’n onveilige overgangssituatie zijn begrippen als ‘rendement’ en ‘beleggen’ ondergeschikt.
Voor mij is de vraag of, en zo ja, wanneer zo’n ontwikkeling weer gaat plaatsvinden en hoe dit te herkennen is?
De moeilijkheid is zo’n trend te onderscheiden van andere, meer kortstondige bewegingen. De techniek dendert steeds sneller door, waardoor banen veranderen en we mondiaal steeds ouder worden. Mensen trekken naar steden en er is een opkomende middenklasse (in Azië). Hoewel voor velen de welvaart stijgt, neemt (het gevoel van) financiële ongelijkheid toe. De genoemde trends zagen we ook in het Verenigd Koninkrijk gedurende 1860-1910. Sommigen duiden op politieke trends zoals toenemend populisme, die de samenleving zou veranderen. Maar volgens mij is er eerder sprake van een golfbeweging, net als in Engeland, waar nu eens de Conservative Party en dan weer de Labour Party aan invloed wint.
Sociale kentering?
Het oogt voor mij alsof we dit decennium de aanzet van een sociale kentering ervaren. Ik doel op drie steeds sterker wordende ontwikkelingen:
1) Mondiaal een toename van groepen mensen met een absolute (geloofs)opvatting.
2) Overheden (en zeer grote bedrijven) die steeds meer lijken op wat in George Orwells bestseller ‘1984’ is beschreven.
3) In de meer welvarende landen een veranderende opvatting over prioriteiten, welzijn en voldoening.
Het eerste punt leidt tot opzettelijke conflicten en aanslagen. Dit maakt dat overheden nog meer controle opleggen, wat versterkt wordt door de klimaaturgentie die vooral jongeren bezighoudt. Door de welvaart en een lange periode van rust, is omgekeerd de meerderheid eerder zwijgend dan bereid om normen en waarden te verdedigen.
Als een kentering zich manifesteert, waar leidt dat dan toe? In 2014 begon Christine Lagarde haar speech met te denken aan het jaar 1914. Een groot deel van de wereld had lange jaren van vrede gekend, met baanbrekende vooruitgang op het gebied van de levensstandaard en de communicatie. Er waren weinig belemmeringen voor handel, reizen of kapitaalverkeer. De toekomst zat vol potentieel. Toch was 1914 de poort naar dertig jaar van rampspoed, gekenmerkt door twee wereldoorlogen en de Grote Depressie. L’Histoire se répète?
Ik heb geen glazen bol. Met de geschiedenis in de hand oogt het voor mij waarschijnlijk dat het aantal conflicten de komende jaren toeneemt. Niet alleen tussen landen, maar vanwege de sociale kentering ook tussen groepen binnen landen. Hét kenmerk daarvan is het ontstaan van georganiseerde groepen die - op basis van hun dogma’s - geweld en burgerlijke ongehoorzaamheid niet schuwen. Door te leren van het verleden én alert te zijn op sociale veranderingen, kun je als belegger meer beheerst omgaan met het toenemende gevoel van onzekerheid.
Wat betreft de lange termijn rendementsverwachting is de vraag naar welk maatschappelijk bestel we toegroeien. Een paar van de mogelijkheden zijn:
- Wie heeft relaties? (‘political society’, zoals in het Midden-Oosten)
- Wie werkt? (‘work society’, zoals in grote delen van Azië)
- Wie koopt? (‘consumer society’, zoals in de VS)
- Wie is beleefd en aangepast? (‘experience society’, zoals in Japan)
- Wie weet? (‘knowledge society’, zoals in Duitsland met lage minimumlonen)
- Wie heeft ‘goede’ genen? (‘life science society’, zoals mogelijk is in Denemarken)
- Wie is computervaardig? (‘virtual society’, zoals jongeren)
- Wie past bij het systeem? (‘AI controlled society’, zoals China en grote internetbedrijven)
Voor mij is de ‘virtual society’ een gegeven. De focus op klimaat maakt dat de ‘work society’ en de ‘consumer society’ hun hoogtepunt hebben bereikt. Ik heb daarom het gevoel dat een combinatie van ‘AI controlled society’, ‘life science society’ en ‘experience society’ een mogelijke richting is. George Orwells boek 1984 duidt daar al op. Als zo’n scenario zich ontvouwt, dan is in basis de efficiëntiewinst voor beleggers positief. Veel burgers zullen er moeite mee hebben, wat leidt tot onrust. Wees niet angstig of verrast, maar flexibel, want de technische innovaties bieden blijvend kansen.