Joeri de Wilde: Opmars radicaal-rechts bedreigt economie EU
Joeri de Wilde: Opmars radicaal-rechts bedreigt economie EU
Door Joeri de Wilde, Investment Strategist bij Triodos Investment Management
De opkomst van radicaal-rechts in het Europees Parlement is een nieuwe klap voor de Europese Green Deal. Het betekent naar alle waarschijnlijkheid een verdere vertraging van de groene transitie, met als uiteindelijk gevolg een economie die niet toekomstbestendig is.
De uitslag van de Europese Parlementsverkiezing is in lijn met de verwachting: radicaal-rechts wint zetels, terwijl de pro-Europese Groenen en Liberalen verliezen. De gevolgen van deze verschuiving zijn niet te onderschatten, want alle EU-wetten en de EU-begroting hebben goedkeuring nodig van het Europees Parlement. Hoewel de radicaal-rechtse partijen ook nu nog ‘slechts’ een kwart van de zetels bezitten, betekent dit wel meer polarisatie en fragmentatie binnen het parlement. Voor de centrumrechtse Europese Volkspartij (EVP), die opnieuw veruit de grootste partij is, zou de verleiding steeds groter kunnen worden om een meerderheid via (radicaal) rechts te vormen.
Green Deal onder vuur
De directe gevolgen voor de groene transitie zijn duidelijk: het wordt moeilijker om wetgeving aan te nemen die de Europese Green Deal ondersteunt. Hierdoor komt het langetermijndoel, om van de EU het eerste continent maken dat in 2050 klimaatneutraal is, op losse schroeven te staan. Door de nieuwe zetelverdeling zou het (veel) moeilijker kunnen worden om meerderheden te vormen, en zouden de uiteindelijke meerderheden stevig naar de conservatieve rechterkant kunnen overhellen, wat een verdere vertraging van de transitie betekent. De kortetermijndoelstelling om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met minstens 55% te verminderen, lijkt te verworden tot een wassen neus.
Onafhankelijkheid en banenmarkt in het geding
Ook indirect belemmert de toenemende invloed van radicaal-rechts de transformatie naar een toekomstbestendige, groene economie. De radicaal-rechtse partijen pleiten namelijk voor minder EU-integratie. Maar een concurrerende Europese groene industrie (zoals beoogd door de European Net-Zero Industry Act) ontstaat alleen door meer integratie. Alleen samen kunnen de EU-lidstaten concurreren met de Verenigde Staten en China als het gaat om het opbouwen van groene technologische capaciteit. Dat vereist bijvoorbeeld een vervolmaking van de Europese kapitaalmarktunie, wat zou zorgen voor een extra investerings- en innovatiestimulans, en een substantiële verhoging van de EU-begroting.
Zonder dit soort integratie zal de EU waarschijnlijk verder achterop raken in de wereldwijde groene wedloop. Met ernstige gevolgen: opnieuw afhankelijk zijn van een autocratisch regime als het gaat om energie, dit keer van geïmporteerde hernieuwbare energiecomponenten uit China. Het zou ook betekenen dat we meer geavanceerde banen op het gebied van hernieuwbare energie en groene technologie mislopen, banen die de basis zullen vormen van de nieuwe structuur van de wereldeconomie na het tijdperk van de fossiele brandstoffen.
Immigratiestop onverstandig binnen huidige systeem
Het anti-immigratiestandpunt van radicaal-rechts is een andere bedreiging voor de Europese economie. Want tenzij we overstappen naar een post-groei economie (veruit de beste oplossing, maar gegeven de huidige machtsverhoudingen nu niet realistisch), is de minst slechte optie binnen het huidige groei-gedreven systeem te streven naar een groene concurrerende economie.
Dat kan alleen met behulp van meer arbeiders. Er zijn momenteel al ernstige tekorten aan arbeidskrachten en de werkeloosheidscijfers liggen nog steeds nabij recordlaagtes. Deze ontwikkelingen zullen de komende jaren waarschijnlijk doorzetten door de verdere vergrijzing van de Europese bevolking. Die extra arbeidskrachten hebben we dus hard nodig voor de banen in onze groene industrie dan wel om voor onze ouderen te zorgen.
Als we de immigratie een halt toeroepen, zoals radicaal-rechts wil, zullen we eveneens de concurrentieslag met de VS en China verliezen. Daarbij zullen de kosten van levensonderhoud onvermijdelijk stijgen en zal de levenskwaliteit achteruit gaan.
Private sector moet nu het voortouw nemen
De groeiende macht van radicaal-rechts zou ook de broodnodige toename van duurzame investeringen door de private sector kunnen belemmeren. Een conservatiever Europees Parlement zou investeerders het idee kunnen geven dat bedrijven niet gedwongen zullen worden om op korte termijn te verduurzamen, waardoor er meer geld zou kunnen vloeien naar de 'oude', fossiele brandstofeconomie. Daarom is het juist nu cruciaal dat private partijen beseffen dat niet alleen de groene transitie, maar ook het concurrentievermogen van de EU-economie als geheel in het geding is.