Han Dieperink: Een Amerikaans debat en twee verkiezingen

Han Dieperink: Een Amerikaans debat en twee verkiezingen

Han Dieperink

Door Han Dieperink, geschreven op persoonlijke titel

In het verleden waren verkiezingen voor financiële markten meestal een non-event. Door de nieuwe tweedeling tussen volk en elite is dat nu wel anders en volgen na verkiezingen steeds vaker grotere beleidswijzigingen. Wat kunnen we deze keer verwachten?

De komende weken is het druk aan het verkiezingsfront. Het begint aanstaande donderdag in de VS met het presidentiële debat. In het weekend is er de eerste ronde van de Franse verkiezingen. Volgende week donderdag zijn de Britse verkiezingen, terwijl in het weekend erna de tweede ronde van de Franse verkiezingen volgt. In het verleden waren verkiezingen voor financiële markten meestal een non-event. Natuurlijk waren er altijd sectoren die profiteerden wanneer een bepaalde partij de verkiezingen won, maar in grote lijnen was er qua beleid eerder sprake van een evolutie dan van een revolutie. Dat is tegenwoordig wel anders. Globalisering heeft veel winnaars, maar ook enkele duidelijke verliezers. De middenklasse in ontwikkelde markten moet nu concurreren met de opkomende middenklasse uit voornamelijk Azië. Dat lukt steeds minder goed en daardoor stijgt de ontevredenheid. Het heeft gezorgd voor polarisatie in de politiek. Niet zozeer die tussen links en rechts, maar die tussen de elite en het volk. Populisten hebben daar dankbaar gebruik van gemaakt. Door deze nieuwe tweedeling volgen na verkiezingen steeds vaker grotere beleidswijzigingen.

Veel verkiezingen in 2024

Niet eerder zijn er in een jaar zoveel verkiezingen als in 2024. Mogelijk dat de Franse verkiezingen nog tot een eurocrisis leiden, maar waarschijnlijk is het over enkele weken ‘bezit zaak, einde vermaak.’ Na de Europese verkiezingen waarin rechtse partijen zoals verwacht flink terrein wonnen, schreef Emmanuel Macron nieuwe parlementsverkiezingen uit. In Frankrijk worden parlement en president apart gekozen. Sinds de vijfde republiek (1958) heeft de president dankzij De Gaulle veel macht, maar net als in veel andere landen is het wel prettig regeren als parlement en president dezelfde kleur hebben. President Macron zit er in principe nog 3 jaar. Hij hoopt dat hij met deze tussentijdse verkiezingen meer partijen aan zich kan binden. Mogelijk dat Macron hoopt dat de partij van Le Pen er de komende jaren een zootje van maakt, zodat hij daardoor als president aan populariteit kan winnen.

Coalitie had al geen meerderheid

De coalitie rondom Macron had al geen meerderheid in het parlement en zou waarschijnlijk de aanstaande begrotingsbesprekingen niet overleven. In het Franse districtenstelsel moet een kandidaat minimaal 50% van de stemmen halen. Als die er in de eerste ronde niet is, dan mogen kandidaten die minimaal 12,5% halen, opgaan voor de tweede ronde. Dit systeem zorgt ervoor dat de partijen in het centrum vaak als winnaar uit de bus komen en dat het voor Rassemblement National van Le Pen lastig is om een meerderheid te halen in veel districten. De uitkomst waar de markt het meest voor vreest, is niet de winst van Le Pen of een coalitie met Le Pen en natuurlijk ook niet eventuele winst voor Macron. De markt vreest vooral dat extreem links onderdeel wordt van de coalitie tegen RN. Communisten, de Groenen, en ook veel socialisten zijn in Frankrijk nogal antikapitalistisch ingesteld. Dat betekent in dit geval dat alle hervormingen van Macron op het spel komen te staan (pensioenen, arbeidsmarkt et cetera), dat bedrijven meer belasting mogen betalen en dat de overheid desondanks veel meer gaat uitgeven dan er binnenkomt. Het wordt pas een probleem voor de euro als de ECB moet ingrijpen om Frankrijk te financieren wanneer het land fiscaal de boel niet op orde krijgt. De ECB koopt dan Franse staatsobligaties, ook om eventuele verdere besmetting te voorkomen. De kans op zo’n scenario is echter niet zo groot, dus daarom is het waarschijnlijk na 7 juli ‘bezit zaak, einde vermaak.’

Kan Trump opnieuw verrassen?

Op 27 juni is op CNN het verkiezingsdebat tussen Joe Biden en Donald Trump. Toen Trump in 2016 de verkiezingen won, kwam dat als een verrassing, zelfs voor hemzelf.  De markt reageerde vrij snel positief, omdat het beleid van Trump vergaande positieve gevolgen had voor de economie, voor financiële markten en voor beleggers. Deregulering, lagere belastingen, en een level-playing field op het gebied van de internationale handel: ze waren goed voor de Amerikaanse economie. Dit keer zal waarschijnlijk ruim voor november duidelijk worden wie de waarschijnlijke winnaar zal zijn van de Amerikaanse verkiezingen. Eerst had Trump de beste hand, maar geleidelijk aan verbeteren de kaarten voor Biden. Nu gaat Biden aan de leiding en met hulp van Taylor Swift zou hij zo maar eens kunnen winnen. Waarschijnlijk zullen financiële markten pas na de conventies van de twee partijen rekening gaan houden met de prognose van de verkiezingen. De conventie van de Republikeinen is medio juli en halverwege augustus wordt die van de Democraten gehouden. De Amerikaanse aandelenmarkt presteert normaal gesproken bovengemiddeld positief in verkiezingsjaren. Ook is er met enige regelmaat sprake van een zomerrally in verkiezingsjaren. Mocht Trump winnen dan profiteren daar sectoren als energie, luchtvaart, defensie en de banken van. Ook de markt lijkt een voorkeur te hebben voor Trump. Bij winst van Biden profiteren alternatieve energie-aandelen, gezondheidszorg en consumptie-gerelateerde aandelen. Als Trump wint, is hij er nog niet. Voor onderwerpen als belastingen en deregulering blijft hij wel afhankelijk van een meerderheid in het Congres. Dat blijft waarschijnlijk tot het laatste moment onzeker.

De fout van Sunak

Nog steeds is niet goed duidelijk waarom Rishi Sunak de datum van de Britse verkiezingen naar voren haalde. Mogelijk dachten zijn economische adviseurs dat dit inflatietechnisch het moment was om toe te slaan. Op 4 juli mogen de Britten naar de stembus gaan en het lijkt erop dat het een klinkende overwinning voor Labour gaat worden. Op korte termijn kan dit betekenen dat er mogelijk minder renteverlagingen komen van de Bank of England. Een regering onder Labour zal waarschijnlijk de salarissen van veel ambtenaren fors verhogen. Die zijn in de 14 jaar dat de Conservatieven aan de macht waren, sterk achtergebleven bij de ontwikkeling van de inflatie. Verder zal Labour ook zo veel mogelijk de economische effecten van Brexit willen terugdraaien. Het Verenigd Koninkrijk zou weer lid kunnen worden van de Europese douane-unie en daarmee een status krijgen die vergelijkbaar is met Turkije. Een volgende stap is verdere toegang tot de Europese markt naar een status die vergelijkbaar is met Noorwegen en Zwitserland, mits Labour dan nog aan het roer staat.

 Kortom, spannende weken.