LFDE: Inflatie in Europa en de VS te hoog of te laag?
LFDE: Inflatie in Europa en de VS te hoog of te laag?
Door Alexis Bienvenu, fondsmanager bij La Financière de l’Échiquier (LFDE)
De westerse centrale banken zijn duidelijk van mening dat de inflatie zich ontwikkelt in de richting van de beoogde 2%. De Amerikaanse Federal Reserve (de Fed) zag op 18 september dan ook ruimte om de richtrente met 50 basispunten te verlagen – een zeldzaam grote ingreep buiten recessietijden. De Europese Centrale Bank (de ECB) verlaagde de rente al tweemaal en maakt zich op voor een volgende stap.
De laatste tijd zitten de inflatieverwachtingen echter weer in de lift, in elk geval in de Verenigde Staten. Daar is de verwachte inflatie over één jaar (die valt af te leiden uit de 'zero-coupon inflatieswaps op 1 jaar') gestegen van 1,70% op 6 september naar 2,3% op 25 oktober. Het logische gevolg daarvan is dat ook de Amerikaanse langetermijnrente sterk aangetrokken is, van 3,6% op 16 september naar 4,2% op 25 oktober. Die ligt daarmee nog altijd hoger dan begin dit jaar, terwijl de inflatie zogezegd overwonnen is.
In Europa zijn de inflatieverwachtingen daarentegen amper gewijzigd. Logischerwijs is de lange rente er in diezelfde periode dan ook stabiel gebleven en slechts van 2,1% opgeschoven naar 2,3%. Tegelijk heeft de euro 2,8% prijsgegeven op de dollar doordat het verschil in rente tussen beide regio's is toegenomen.
Zorgwekkende onderliggende trends
Op zich zijn die ontwikkelingen geen reden voor paniek, maar ze wijzen wel op ietwat zorgwekkende onderliggende trends. Om te beginnen geven ze aan dat de markt, ook al is de race nog niet gelopen, er steeds meer van uitgaat dat Donald Trump de presidentsverkiezingen zal winnen, zoals ook de peilingen in enkele doorslaggevende swingstates laten uitschijnen. Trumps beleid wordt als inflatoir gezien, en a priori nadelig voor Europese exportbedrijven, om verschillende redenen: invoerheffingen op producten uit niet alleen China, maar ook de rest van de wereld, een uiterst expansief en onhoudbaar begrotingsbeleid, dat wereldwijde financiële instabiliteit kan veroorzaken, en een veel strenger migratiebeleid, dat zou kunnen leiden tot de uitzetting van miljoenen buitenlandse werknemers.
De impact van het migratiebeleid
Als laatstgenoemde zouden verdwijnen of alleen al de instroom zou opdrogen, zou het uurloon van de laagst geschoolde werknemers omhoog gaan vanwege de slinkende arbeidsreserve. Dat zou positief zijn voor de overblijvers, maar kan in tweede instantie de totale inflatie en dus de rente aanwakkeren, wat uiteindelijk heel wat minder voordelig zou kunnen blijken voor diezelfde arbeidersklasse. Die impact van het migratiebeleid op de economie geeft indirect ook aan hoe sterk de Verenigde Staten hebben geprofiteerd van de massale immigratie sinds 2021. Volgens het Congressional Budget Office, een instantie die de partijgrenzen overschrijdt, heeft de immigratiegolf namelijk sterk bijgedragen aan de groei van het Amerikaanse bbp en tegelijk een matigend effect gehad op de looninflatie – en dus de totale inflatie. Het migratiebeleid bruusk omgooien zou de expansie van 's werelds grootste economie kunnen afremmen en de terugkeer van de inflatie naar het gewenste niveau kunnen vertragen.
Doembeeld
Daarnaast maakt de recente ontwikkeling van de rente ook duidelijk hoezeer Europa in het slop zit. Terwijl de economie in de Verenigde Staten dit jaar in positieve zin verraste – op een tijdelijke periode van twijfel in augustus na – vielen in Europa vooral de sputterende groei en verbazingwekkend snelle daling van de inflatie op. De situatie is er zo erg dat een aantal van de bestuurders die het monetaire beleid van de ECB uitstippelen, zouden overwegen om weer een expansief beleid te gaan voeren, waarbij de richtrente wellicht opnieuw onder de 2% zou dalen. Het doembeeld van een te lage inflatie, zoals tijdens de jaren 2010, bezorgt de Europese centraal bankiers opnieuw slapeloze nachten.
De ontwikkelde wereld drijft zo verder uit elkaar: in de VS wordt gevreesd dat de inflatie opnieuw wat te hoog zou kunnen worden (al hopen sommigen daar juist op omdat het de torenhoge staatsschuld doet slinken), in Europa bestaat de kans dat ze lager uitvalt dan verhoopt, waardoor overheden het nog moeilijker zouden krijgen om greep te krijgen op hun schulden. Te veel of te weinig: de wereldeconomie is duidelijk uit evenwicht. En toch blijft de motor draaien.