Roland van den Brink: Valuta-arbitrage, een aantrekkelijke vorm van beleggen

Roland van den Brink: Valuta-arbitrage, een aantrekkelijke vorm van beleggen

Valuta
Roland van den Brink

Door Roland van den Brink, Oprichter van TrigNum

De discussie over efficiënte markten blijft boeien. Sommige grote markten bieden nog steeds interessante kansen, vooral wanneer de meeste spelers andere doelen nastreven dan rendement maken.

De aandelen- en obligatiemarkten zijn behoorlijk efficiënt. Dit blijkt wel uit het feit dat verreweg de meeste vermogensbeheerders op termijn slechter presteren dan de marktindex. Toch wordt met arbitrage wél geld verdiend. Aangezien er steeds nieuwe informatie beschikbaar komt en ook de vraag en het aanbod wisselt, moeten er partijen zijn die de markt efficiënt houden. Beurshandelaren en trading-afdelingen van banken vervullen deze belangrijke rol.

Door financiële producten zoals swaps, futures, opties en ETF’s is er meer behoefte aan arbitrage ontstaan. De winsten zijn meestal bescheiden door concurrentie en hoge operationele kosten. Voor beleggers zijn er weinig mogelijkheden om van arbitrage te profiteren anders dan te investeren in banken die zich hierop richten.

De valutamarkt is een uitzondering

Op de valutamarkt, ’s werelds grootste liquide markt, zijn de meeste partijen echter niet bezig met winstmaximalisatie, maar hebben ze andere doelen:

1. Bedrijven richten zich op hun kernactiviteit en dekken de valutarisico’s af;

2. Centrale banken ondersteunen hun munt om economische onrust te voorkomen;

3. Reizigers letten vaak op de reis- en verblijfkosten, maar wisselen tegen ongunstige koersen;

4. Institutionele beleggers richten zich op de beoogde belegging en zien valuta vaak als ongewenst risico;

Neem bijvoorbeeld Shell: zij richten zich op olie en gas, die vooral in dollars genoteerd worden. Risico’s waar men minder kennis van heeft, worden afgedekt. Het bedrijf leerde een les na een miljardenverlies bij hun Japanse dochteronderneming in 1993.

Centrale banken grijpen regelmatig in op de valutamarkt. In oktober 2024 ondersteunde de Indiase centrale bank de roepie vanwege een uitstroom van buitenlandse beleggers, verhoogde olieprijzen en stijgende rentes in het buitenland. Ook de centrale banken van China, Japan, Zwitserland en de ECB ondernemen regelmatig soortgelijke acties.

Er zijn nog andere oorzaken die valuta-arbitrage winstgevend maken. De markt is minder transparant doordat transacties direct tussen twee partijen plaatsvinden in plaats van via een beurs. Bovendien zijn er veel valuta’s en elke verandering in wisselkoers vraagt om een aanpassing van de andere koersen. Renteverschillen tussen twee landen wordt in het algemeen gecompenseerd door de valutatermijnkoers.

Echter, studies zoals die van de National Bureau of Economic Research melden aanhoudende afwijkingen, vooral na de financiële crisis van 2008. Ook handelaren die in milliseconden afwijkingen kunnen detecteren verdienen goed geld, zoals blijkt uit een studie van de Norges bank (ANO 2005/12), een van de grootste institutionele beleggers ter wereld.

Veel mensen denken dat als een activiteit lang lonend is, dit voordeel door concurrentie grotendeels verdwijnt. Dit geldt niet voor de valutamarkt. Dit fenomeen is verklaard door de Nobelprijswinnaar John Nash (1994). In de biografische film ‘A Beautiful Mind’ is een scene die laat zien dat het collectieve optimum (met arbitrage die lonend is) beter is dan het ‘ieder voor zich’-optimum.

Resultaten doen geloven

Er bestaan diverse valuta-arbitragefondsen met uitzonderlijk resultaten. Specifiek heb ik twee fondsen van Nederlandse bodem bekeken. Eén fonds heeft in 62 maanden na kosten geen enkel negatief rendement behaald(!), met een beter rendement dan de S&P500. Het andere fonds had van de vijftig maanden maar in drie maanden een licht negatief rendement.

Arbitrage heeft als bijkomend voordeel dat de behaalde rendementen onafhankelijk zijn van de traditionele beleggingen, wat de spreiding ten goede komt. In het geval van valuta’s zijn ook grote bedragen te alloceren, wat het voor institutionele beleggers aantrekkelijk maakt.

Met de opkomst van kunstmatige intelligentie is er nóg een zinvolle toepassing, doordat beurzen en valuta’s elkaar beïnvloeden. Shell is bijvoorbeeld zowel in euro, dollar als Britse ponden genoteerd: verandert de koers óf de valuta, dan veranderen ook deze prijzen. Het blijkt dat de behaalde rendementen door valuta-arbitragefondsen iets zeggen over de fase waar met name de aandelenbeurzen naartoe bewegen.

Afsluiting 

Sinds 2018 beoordeel ik het beleggingsbeleid van diverse Europese pensioenfondsen. Wat mij opvalt, is dat fondsen die over een tienjaarsperiode (2014-2023) de hoogste rendementen behaalden (gemiddeld jaarlijks 8% of meer), ook in valuta-arbitrage beleggen. Dit vooral als risicomaatregel om minder gevoelig te zijn voor beursschokken. Nederlandse pensioenfondsen zitten daar niet bij. De drie beste fondsen behaalden in die periode slechts een gemiddeld jaarrendement van tussen de 6,0% en 6,5% (bron: OverRendement). Wellicht biedt de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel de mogelijkheid om deze aantrekkelijke beleggingsmogelijkheid te verkennen.