Thijs Jochems: Innovatiebeleid overheid ineffectief
Thijs Jochems: Innovatiebeleid overheid ineffectief
Sinds 2009 zijn in Europa de overheden de belangrijkste kapitaalverstrekkers voor innovatie. Ook de Nederlandse overheid stelt hier vele miljarden voor ter beschikking. In de praktijk blijkt dit echter niet te werken. Wettelijke beperkingen en de structuur van de financieringsmechanismen zijn hiervan de belangrijkste oorzaken.
Door Thijs Jochems, Adviseur en Private Investor
Bij innovatie denken de meesten aan onderzoek, ontwikkeling en praktische toepassingen. Dit vereist kapitaalverschaffing voor bedrijven in hun beginfase. In Nederland en in Europa is early stage-kapitaal, in tegenstelling tot de VS, echter niet of nauwelijks beschikbaar. Willen we in Europa voldoende innovatie bewerkstelligen, dan moeten de Europese overheden in dit ‘gat’ in de kapitaalmarkten stappen.
Ook de Nederlandse overheid stelt een enorme hoeveelheid financiering ter beschikking voor het stimuleren van innovatie, vooral in de vorm van subsidieregelingen. Die regelingen zijn talrijk, met dusdanig precies voorgeschreven doeleinden dat uiteindelijk vele innovaties er niet in passen. En als ze er dan wel in passen, komen ze terecht in de hindernisbaan van de wettelijke beperkingen die de Europese dwangbuis aan subsidieregelingen oplegt. Zo moeten onder andere marktverstoring en verborgen overheidssteun gecheckt worden voordat er uitgekeerd kan worden. Dit zorgt voor enorm trage uitbetaling van financiering. Dat is dodelijk voor het tijdsgevoelige karakter van veel innovatieve projecten.
Maar dit is niet het enige probleem dat aan de subsidieregelingen van de overheid kleeft.
De meeste subsidiefondsen, zoals het Nationaal Groeifonds, vereisen namelijk marktmatching. Elke euro die de overheid als subsidie verstrekt, moet in elke fase gelijktijdig gematcht worden door private investeringen. Dat is een Catch-22: zonder private investeringen geen overheidssteun, maar zonder overheidssteun is het aantrekken van privaat kapitaal voor startups vrijwel onmogelijk. Het resultaat? Een scheve verdeling van middelen, waarbij gevestigde bedrijven als ASML, die al toegang hebben tot kapitaalmarkten, profiteren van subsidies, terwijl startups met potentieel, maar zonder track-record, in de kou blijven staan.
Zelfs het Nationaal Groeifonds, met € 11 miljard aan toegekende subsidies, biedt weinig soelaas. De eis van marktmatching en de bureaucratische rompslomp zorgen ervoor dat het overgrote deel van de toegekende subsidies uiteindelijk nooit daadwerkelijk wordt uitgekeerd en nooit zijn weg vindt naar de bedrijven die de gelden het hardst nodig hebben. Bovendien heeft de politiek uitermate prescriptief beschreven welke innovaties in aanmerking komen voor financiële ondersteuning. Dit leidt tot het mislopen van disruptieve innovaties die niet passen binnen de vooraf gestelde kaders. Ondertussen vloeien grote bedragen naar consultants en accountants voor monitoring en controle, in plaats van naar de innovatieve projecten zelf. Hoe kan het dan wel? Onder andere door meer aandeleninvesteringen om de bureaucratische belemmeringen van de Europese staatssteunregels te verminderen. Daarnaast is het fair naar de belastingbetaler toe dat die van de succesvolle innovaties, die wel hebben kunnen slagen door subsidies, ook een deel van de opbrengsten krijgt, en niet dat die opbrengsten alleen naar de aandeelhouders gaan.
Maar Invest NL investeert toch middels aandelenbelangen? De omschrijving van Invest NL geeft aan dat ze financiering bieden voor scale-ups, de energietransitie en innovaties in het MKB. De praktijk is dat Invest NL alleen naar investeringen van tenminste € 10 miljoen kijkt. Oftewel: vergeet het MKB. Bovendien geldt ook daar het matchingprincipe. Catch-22 op herhaling.
Het innovatiebeleid moet op de schop. Een vermindering van bureaucratie naast een ruimere definiëring van de nu minutieus voorgeschreven hokjes waarin innovaties moeten passen, alsmede een adequate financieringsstructuur voor de door de overheid ter beschikking gestelde middelen zijn alle noodzakelijk ter stimulering van innovatie. Innovatie van de Nederlandse economie is noodzakelijk om onze welvaart in stand te houden. Het is tijd dat de politiek een ‘reality check’ op de effectiviteit van haar innovatiebeleid uitvoert.