Vanguard: Bieden multi-assetfondsen waar voor hun geld?
Vanguard: Bieden multi-assetfondsen waar voor hun geld?
Wanneer je als belegger goede rendementen wilt behalen, is het belangrijk de kosten van beleggen zo laag mogelijk te houden.
Zeker bij multi-assetfondsen spelen de kosten een grote rol, omdat ze duurder zijn dan fondsen die alleen in aandelen of obligaties beleggen, zo blijkt uit een analyse van Andreas Zingg, hoofd multi-assetstrategieën bij Vanguard Europa.
Lopende kosten eten kwart van rendement
Opvallend: sinds 2017 zijn de kosten van obligatie- en aandelenfondsen gedaald met respectievelijk 12% en 9%. Bij multi-assetfondsen lag dit percentage maar op 6%.
Alle fondsen brengen lopende kosten in rekening om het beheer van de fondsen te dekken. Uitgedrukt als een percentage van het fondsvermogen - of de kostenratio – worden ze afgetrokken van het fondsvermogen. Wanneer deze kosten in rekening worden gebracht, krijg je het nettorendement.
De gemiddelde kostenratio voor Europese multi-assetfondsen ligt op ongeveer 1,45%. Voor aandelenfondsen bedraagt dit 1,40% en voor obligatiefondsen 0,91%.
Ter vergelijking: het gemiddelde jaarrendement voor een multi-assetfonds bedraagt 4,5%, en dus maken de kosten maar liefst een kwart uit van het gemiddelde brutorendement van deze fondsen. Hoge beheerkosten kunnen daardoor significante gevolgen hebben voor het rendement op de lange termijn.
Waarom multi-assetfondsen duurder zijn
De kosten van multi-assetfondsen lopen sterk uiteen, van 0.25% tot ruim 2%. Over het algemeen zijn multi-assetfondsen wel duurder dan fondsen die alleen in aandelen of obligaties beleggen. Actief beheerde fondsen eisen vaak een extra vergoeding voor de constructie en de allocatie van de portefeuille. Goedkopere multi-assetfondsen maken daarentegen meestal gebruik van goedkopere indexfondsen als bouwstenen.
Deze verscheidenheid aan multi-assetfondsen kan het moeilijk maken om de juiste benchmark te kiezen. Omdat er minder multi-assetindices zijn, is het lastiger om prestaties van multi-assetfondsen te evalueren en te vergelijken met fondsen die alleen van obligaties of aandelen gebruik maken.
Het tekort aan multi-assetindices maakt bovendien dat er minder goedkopere multi-assetfondsen zijn om de performance mee te vergelijken. Een belegger in de FTSE 100 bijvoorbeeld kan enerzijds de prestaties van zijn fonds vergelijken met de index zelf, en anderzijds de kosten van zijn fonds met die van ETFs en indexfondsen. Deze benchmarks zijn in mindere mate beschikbaar voor multi-assetbeleggers.
De trend naar lagere kosten
In Europa groeit de belangstelling voor goedkopere multi-assetfondsen (met een kostenratio van 40 basispunten of minder). In het Verenigd Koninkrijk trokken de goedkopere varianten ruim de helft van de instroom in multi-assetfondsen in de laatste vijf jaar, waarmee ze nu 26% van de gehele multi-assetmarkt uitmaken.
Hogere kosten betekenen niet noodzakelijk dat een multi-assetfonds minder goed gaat presteren. Toch blijkt uit onderzoek van Vanguard dat fondsen met lagere kosten een grotere kans hebben om beter te presteren dan fondsen met hogere kosten, vooral over langere perioden. Vaker wel dan niet eten hoge kosten het rendement van een fonds op, waardoor beleggers slechter af zijn dan wanneer zij hadden gekozen voor een eenvoudiger, goedkopere strategie die erop gericht is meer terug te geven aan de beleggers.