ING: Stimuleren stekkerauto vraagt om investeren in 400.000 nieuwe laadpalen
ING: Stimuleren stekkerauto vraagt om investeren in 400.000 nieuwe laadpalen
Het kabinet moet minimaal 9 miljard euro uit het Klimaatfonds beschikbaar stellen voor de elektrificatie van het wagenpark. Als dit niet gebeurt, zal rijden in een stekkerauto voor Jan Modaal een mislukking worden, aldus voorzitter Frits van Bruggen van RAI-vereniging namens de mobiliteitsalliantie.
Het is een inderdaad een illusie te denken dat de elektrificatie van het personenwagenpark zonder effectieve overheidsstimulering naadloos doorgaat. Elektrische auto’s zijn nog steeds relatief duur voor modale autorijders die veel kilometers maken. Dit komt doordat elektrische auto’s de afgelopen tijd niet in prijs zijn gedaald en ook de kosten van het laden omhoog zijn gegaan.
Verzwaring van de financiële lasten door invoeren van motorrijtuigenbelasting voor elektrische auto’s gaat dat niet verbeteren. En hetzelfde geldt voor een subsidiepot voor tweedehands elektrische auto’s. Het probleem daarvoor is dat er onvoldoende aantrekkelijk aanbod is.
Naast de financiële kant van de zaak speelt er nog iets anders om rekening me te houden. Laden voor de deur was voor veel van de early adopters geen probleem, de zakelijke rijders met vrijstaande woningen met een laadmogelijkheid aan huis en ook zonnepanelen op het dak. Maar dat zal voor veel volgers in het peloton anders uitpakken. De eigen auto voor de deur is een “verworven gemaksrecht” waar men moeilijk afstand van doet.
Er zijn nu 133.7888 publieke laadpalen voor personenauto's, en daar moeten er de komende jaren 400.000 bij. De elektrificatie van het wagenpark van op dit moment bijna 9 mln. voertuigen betekent dus gewoonweg heel veel werk aan de laadinfrastructuur en het netwerk.
De voortvarende doorontwikkeling van onze laadinfrastructuur voor personenwagens is essentieel voor een duurzame toekomst. Door het aanbieden van oplaadpunten op strategische locaties en voor de deur zorgt het bij gebruikers voor een betrouwbare laadervaring, vermindert het de angst voor beperkte reikwijdte en vergroot het vertrouwen in elektrisch rijden. Dit zal de vraag naar elektrische voertuigen vergroten en de marktgroei versnellen.
Daarnaast heeft een robuuste laadinfrastructuur positieve economische effecten, zoals het creëren van banen in de laadtechnologie-sector, het bevorderen van innovatie en het ondersteunen van het gebruik van hernieuwbare energie.
Om een duurzame toekomst te realiseren is dus naast voortdurende en substantiële financiële ondersteuning, ook het investeren in en bevorderen van de ontwikkeling van laadinfrastructuur cruciaal. Voor beide aandachtspunten ligt een duidelijke rol voor de overheid. Dit zal de acceptatie van elektrische voertuigen vergemakkelijken, de marktgroei stimuleren en bijdragen aan een schonere en groenere wereld voor toekomstige generaties.