Aon: Dekkingsgraden pensioenfondsen weer omhoog in januari

Aon: Dekkingsgraden pensioenfondsen weer omhoog in januari

Risk Management Pensionfunds Pension
Pensioen (04) sparen geld

Goede aandelenrendementen en de opgekrabbelde rente zorgden in januari voor een stijging van de dekkingsgraden. De indicatieve gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is gestegen naar 116%. De indicatieve beleidsdekkingsgraad, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden, stabiliseerde in februari op 119%.

Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon, wereldwijd dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.

Mooi begin 2024 op de beurzen

De aandelenmarkten kwamen de eerste maand van het jaar traag op gang, doordat de spanningen in het Rode Zee-gebied escaleerden. De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk lanceerden aanvallen tegen Houthi-rebellen in Jemen als vergelding voor het kapen en aanvallen van de internationale scheepvaart. Dit zorgde ervoor dat reders hun schepen via Kaap de Goede Hoop laten omvaren. De transportkosten lopen hierdoor flink op en de prijzen ook.

Over december was de inflatie in de eurozone toch weer wat opgelopen tot 2,9% op jaarbasis. De maand ervoor was het nog 2,4%. Deze trend was ook in Amerika zichtbaar. Hierdoor veerde de kapitaalmarkrente weer omhoog. De ECB en de FED hielden de rentetarieven voorlopig ongewijzigd. De laatste vanwege meevallende economische groeicijfers van 3,3% op jaarbasis en de lage werkloosheid.

Toch ontstond er met name in de eurozone speculatie over mogelijk eerdere rentedaling, waardoor ook de euro zwakker werd ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Het voorkwam een verdere stijging van de kapitaalmarktrente en verbeterde het sentiment op de aandelenmarkten.
 
Na de sterke stijging van het vermogen in december is het vermogen ook in januari 0,5% gestegen. Aandelen stegen deze maand met circa 1,7%. Aandelen van ontwikkelde markten gingen met 2,3% omhoog, maar emerging markets aandelen daalden daarentegen met 3,0%. De vastrentende portefeuille daalde met 1,2% als gevolg van de stijgende rente.

De meer risicovolle obligaties hadden minder last van de rentebewegingen, zo stegen credits (0,2%) en high yield (0%) licht. Alleen emerging markets debt (hard currency) daalde iets sterker (-1,7%). Het totale rendement van de portefeuille was in januari 0,5%.

Swaprente en vermogen gestegen, verplichtingen gedaald

Per saldo steeg in een maand tijd de risicovrije rente over de eerste veertig jaar met gemiddeld 6 basispunten. De Ultimate Forward Rate (UFR), waarmee pensioenfondsen de waarde van hun toekomstige verplichtingen berekenen, kwam uit op 1,4%. Door de rentestijging nam de waarde van de verplichtingen af met 1%. Door de stijging van het vermogen in januari met circa 0,5% steeg de indicatieve dekkingsgraad per saldo met ongeveer 1,5%.

Meer pensioenopbouw

De gestegen rente heeft niet alleen impact op de dekkingsgraad. De pensioenopbouw is ook afhankelijk van de rente. Door een versoepeling van de wet hebben fondsen de mogelijkheid gekregen om de premie opnieuw vast te stellen. Veel fondsen maken hier gebruik van en door de rente die momenteel hoger is, kan het opbouwpercentage (hoeveel pensioen een deelnemer per jaar opbouwt) verhoogd worden.

Bij ruim de helft van de bedrijfstakpensioenfondsen gaat in 2024 de pensioenopbouw omhoog, terwijl de premie grotendeels gelijk blijft. Dit betekent dat veel deelnemers (zo’n 1,5 miljoen) meer pensioen gaan opbouwen in 2024.

'Het is mooi dat de opbouw voor veel deelnemers aan pensioenregelingen omhoog gaat', zegt Frank Driessen, CEO Wealth Solutions, Aon Nederland. 'Dat haalt de druk voor een snelle overgang naar het nieuwe stelsel er wat af.' De afgelopen jaren was er behoorlijk wat ontevredenheid bij deelnemers omdat de lage rente voor relatief beperkte pensioenopbouw zorgde.

Buffers nodig bij invaren

Begin van het jaar was er een behoorlijke hap uit de dekkingsgraden genomen door indexatie en gedaalde rente. De dekkingsgraden trekken nu weer aan. Duidelijk is dat de bewegingen van de rente flinke impact hebben. 'Dit is wel een zorg voor pensioenfondsen', zegt Driessen. 'We zien daarom dat verdere afdekking van het renterisico onderwerp van gesprek is.'

Pensioenfondsen hebben graag wat uit te delen bij het invaren en er is geld nodig voor een aantal verplichte voorzieningen en reserves. Ook is er geld nodig voor compensatie voor de afschaffing van de doorsneepremie en voor de vorming van een solidariteits- of risicodelingsreserve.

Om een zogenoemde ‘invaarbonus’ te kunnen geven, moet het fonds dus nog geld over hebben nadat al deze potten gevuld zijn. Driessen: 'Fondsen willen graag een invaarbonus kunnen geven. Als de transitie gepaard gaat met een verhoging van de uitkering, is dat een prettige boodschap en kan dat helpen in het draagvlak voor de transitie.' Er is daarom extra aandacht voor het op peil houden van de dekkingsgraad. 

Deelnemersinformatie cruciaal

Uit recent onderzoek van de AFM blijkt dat de bedragen die deelnemers te zien krijgen op de transitie-UPO verkeerde verwachtingen wekken. Inmiddels zijn hier ook Kamervragen over gesteld. Pensioenbedragen in goed weer scenario’s pakken volgens de berekeningen voor jongere deelnemers hoger uit doordat zij meer beleggingsrisico lopen en daar in goed weer voor beloond worden.

Ook wordt de buffervorming losgelaten. De zorg is dat de hoge bedragen tot onrealistische verwachtingen leiden. Daarnaast is er sprake van meerdere communicatiekanalen en moet er sprake zijn van consistentie tussen wat deelnemers op de transitie-UPO zien en bijvoorbeeld via de navigatiemetafoor. AFM heeft een sessie met experts georganiseerd om oplossingen hiervoor te bespreken.

'Het is cruciaal deelnemers goed mee te nemen in deze transitie”, zegt Driessen. “Wij ervaren dat alleen schriftelijke informatie vaak onvoldoende begrepen wordt en adviseren daarom deze transitie te begeleiden met deelnemersbijeenkomsten en/of persoonlijke gesprekken en hierin goed te wijzen op wat bedragen voorstellen, maar ook wat de risico’s zijn.'