JP Morgan Private Bank: Centrale banken geven startschot voor renteverlagingen
JP Morgan Private Bank: Centrale banken geven startschot voor renteverlagingen
Volgens Madison Faller, Global Investment Strategist bij J.P. Morgan Private Bank is het zover: De centrale banken gaan de rente verlagen. Dat was de klinkende boodschap van de centrale banken die vorige week bijeenkwamen.
De markten stonden wat sceptisch tegenover renteverlagingen en met reden: de inflatie voelde als een probleem dat maar niet wilde verdwijnen. Maar nu de prijsdruk afneemt en de centrale banken zich meer richten op het risico van overmatige monetaire verkrapping zijn er veranderingen op komst. De markten pikten de boodschap op: een wereldwijde 60/40 aandelen/obligaties-allocatie had vorige week tot nu toe de beste week van het jaar gehad.
De race naar renteverlagingen is officieel begonnen
Na een aaneenschakeling van ‘hete’ banen- en inflatiecijfers aan het begin van het jaar, begon de twijfel toe te nemen of de centrale banken überhaupt wel de rente in 2024 zouden verlagen. Maar vorige week gaven de centrale banken een hele andere boodschap af: de draai wordt gemaakt.
De Zwitserse Nationale Bank (SNB) voerde als eerste centrale bank in de ontwikkelde markten in deze rentecyclus een renteverlaging door. De Federal Reserve bevestigde dat het nog steeds van plan is om de rente dit jaar drie keer te verlagen, zelfs als de groei sterk blijft en de inflatie stabiel. De Bank of England legde de basis voor een mogelijke renteverlaging in juni, nu het VK "op weg is" om zijn strijd tegen de inflatie te winnen. Zelfs de Bank of Japan heeft een mijlpaal bereikt door voor het eerst in 17 jaar de rente te verhogen en zo officieel een einde te maken aan het experiment met negatieve rentetarieven. Al met al is de race om de rente te verlagen officieel begonnen - en de SNB heeft de aftrap gegeven.
Beleidsmakers lijken niet zo bezorgd over de inflatie
De taak om de inflatie te beteugelen zonder de groei te laten ontsporen is een delicate opdracht voor centrale bankiers. Vorige week gaven beleidsmakers aan dat ze zich nu meer zullen richten op de risico's van de hoge rente voor de economie, in plaats van geobsedeerd te zijn met het terugdringen van de inflatie naar het streefcijfer van 2%.
Ter ondersteuning hiervan gaf de Fed een aantal belangrijke signalen af:
- Fed-voorzitter Powell benadrukte dat, net zoals de centrale bank vorig jaar niet overdreven reageerde op meevallende inflatiecijfers, ze de tegenvallende inflatiecijfers van de afgelopen twee maanden ook niet als een nieuwe trend beschouwt. Dit zijn onvermijdelijke 'hobbels op de weg' in het desinflatieproces.
- Powell bracht één belangrijke wijziging aan in zijn voorbereide verklaring van de vergadering in januari: 'een onverwachte verzwakking van de arbeidsmarkt... zou een beleidsreactie kunnen rechtvaardigen'. Hoewel hij zei dat hij dit niet waarschijnlijk acht, suggereert hij dat de Fed eerder geneigd is om de rente te verlagen dan om te verhogen.
- De Fed signaleert een sterkere economie en heeft de prognoses voor de bbp-groei en de inflatie verhoogd en voor de werkloosheid verlaagd. En toch voorziet de centrale bank nog steeds drie renteverlagingen dit jaar. Hoe kan dat? De Fed noemde specifiek 'verbeterende aanbodvoorwaarden' (vooral op de arbeidsmarkt) als een belangrijke reden waarom een sterkere groei niet tot meer inflatie hoeft te leiden. Dit geeft aan dat de Fed vindt dat de economie er gezond uitziet, niet te heet, en dat renteverlagingen op tafel moeten blijven liggen.
Al met al lijkt de Fed - net als de meeste centrale banken - eerder geneigd de rente te verlagen bij het eerste teken van economische zwakte dan agressief te verhogen als het wat langer duurt voordat de inflatie terugkeert naar het streefcijfer van 2%. Die 'asymmetrie' in de besluitvorming van de Fed is goed nieuws voor beleggers.