Ethenea: Hoe soepel kan monetair beleid zijn?
Ethenea: Hoe soepel kan monetair beleid zijn?
De wereldwijde renteverlagingscyclus is begonnen. De centrale banken zullen echter zeer voorzichtig te werk gaan. Voor de tweede helft van het jaar kan niet meer dan een gematigde groei worden verwacht. De komende presidentsverkiezingen in de VS en de algemene verkiezingen in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zorgen stilaan voor politieke onzekerheid.
De wereldeconomie stabiliseert zich, hoewel er regionale verschillen zijn en er meer onzekerheid heerst over de groei- en inflatievooruitzichten. De harde cijfers en de voorlopende indicatoren voor economische activiteit geven momenteel tegenstrijdige signalen. De economische gegevens voor de VS zijn goed en alleen de vooruitzichten wijzen op een vertragend momentum. Interessant genoeg geldt voor Europa precies het tegenovergestelde.
Toch blijft een zachte landing van de wereldeconomie volgens ons het meest waarschijnlijke scenario. Het desinflatoire proces is in gang gezet. De diensteninflatie blijft echter hardnekkig en er zijn nog geen tekenen dat de inflatie snel zal terugkeren naar de doelstelling van de centrale banken. De monetaire versoepeling, die naar alle waarschijnlijkheid zeer voorzichtig zal worden doorgevoerd, en het verwachte groeiherstel zouden de inflatie boven het streefcijfer kunnen houden.
In plaats van de politieke onzekerheid te verminderen, vergroten de verkiezingen in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de VS (mogelijk zelfs met een nieuwe Democratische kandidaat) de huidige uitdagingen dankzij een mogelijke toename van het protectionisme en een verdere stijging van het begrotingstekort. Hoewel de conflicten in Oekraïne en de Gazastrook weinig directe gevolgen hebben voor de ontwikkelingen op de aandelenmarkten, zorgt het gebrek aan oplossingen voor extra onzekerheid bij beleggers.
VS: gemengd beeld
De Amerikaanse economie groeide in het tweede kwartaal in reële termen met bijna 3%. Met een inflatie van 3,3% bedraagt de nominale groei dus meer dan 6%. Dit hoeft niet te verbazen gezien het begrotingstekort van 6,1% van het bbp in 2023 en waarschijnlijk 6,7% in 2024. Ondanks deze massale begrotingssteun geven de voorlopende indicatoren een gemengd beeld. Ze wijzen op een solide groei in de dienstensector en geven tegenstrijdige signalen voor de verwerkende industrie.
Over het algemeen verwachten we een tragere groei in de tweede helft van het jaar. De industriële productie en de verwerkende sector vertonen tekenen van herstel doordat de bedrijven langetermijninvesteringen blijven doen ondanks de hoge financieringskosten en onzekere vooruitzichten. Zowel de detailhandelsverkopen als de bestedingen in de dienstensector zijn gedaald.
Het consumentenvertrouwen is in mei licht verbeterd, maar de neerwaartse trend blijft intact door de aanhoudend hoge inflatie, de recordhoogte van de schuldenlast van de gezinnen en de geleidelijk afkoelende arbeidsmarkt. Het aantal vacatures daalde en het aantal werkenden steeg in mei opnieuw met een solide 272.000.
De groei van de lonen nam opnieuw toe, tot +4,1% op jaarbasis. De hoop is dat de stijging van het aanbod en de daling van de arbeidsvraag de lonen op termijn onder druk zal zetten. De laatste inflatiecijfers, met een CPI van 3,3% en een PPI van 2,2%, geven aan dat de prijsdruk afneemt.
De hervatting van de desinflatietrend en de geleidelijke versoepeling van de arbeidsmarkt zijn goede tekenen dat het geduld van de Fed gerechtvaardigd was. De Fed blijft afwachtend, want de inflatie houdt aan en zal dit en volgend jaar waarschijnlijk boven de doelstelling blijven. Wij verwachten een renteverlaging voor het einde van het jaar. De monetaire versoepeling zal heel langzaam gaan en gebaseerd op gegevens, als het al gebeurt. "Eén en klaar" is de huidige mantra.
Eurozone: bescheiden groei
De economie van de eurozone groeit in een bescheiden tempo. De ontwikkelingen in de belangrijkste economieën wijzen echter op een geleidelijk herstel. Wij verwachten dat de economische activiteit zich in het komende kwartaal geleidelijk aan zal herstellen dankzij de lagere financieringskosten.
Na een aantal positieve maanden laten de conjunctuurenquêtes in juni een zekere vertraging van het momentum zien als gevolg van de politieke onzekerheid. De inkoopmanagersindices (PMI) in de eurozone zijn gedaald voor zowel de verwerkende als de dienstensector. Terwijl de verwerkende sector nog steeds krimpt, groeit de dienstensector ondanks een daling in de vorige maand. Het consumentenvertrouwen herstelt zich van een laag niveau, aangezien de inflatie daalt en de werkloosheid met 6,4% op een historisch dieptepunt blijft.
De opkomst van populistische politieke partijen in verschillende landen en de afkondiging van vervroegde algemene verkiezingen in Frankrijk zorgen voor politieke onzekerheid die het sentiment en de economische activiteit de komende maanden zou kunnen beïnvloeden. Stijgende reële lonen zullen de particuliere vraag de komende maanden waarschijnlijk ondersteunen, maar kunnen ook de inflatiedruk weer opvoeren.
De meest recente inflatiecijfers (2,6% nominaal en 2,9% kern) laten zien dat de desinflatoire trend intact is, maar vertraagt. Met name de inflatie in de dienstensector, die naar 4,1% stijgt, blijkt bijzonder hardnekkig en kan, samen met de toegenomen loongroei en de geleidelijk aantrekkende algehele vraag, de inflatiedruk intact houden.
Na de eerste renteverlaging van 25 basispunten door de ECB in juni zou de trend duidelijk moeten zijn, maar ook de ECB zal voorzichtig en zeer datagebaseerd te werk gaan na het verhogen van haar inflatievooruitzichten. Wij verwachten nog twee renteverlagingen voor het jaareinde.
China: fragmentarisch herstel
Het fragmentarische herstel van de Chinese economie houdt aan. Na twee maanden verbetering zijn de bedrijfsstatistieken opnieuw verzwakt. De opleving in de verwerkende sector vertraagt, zoals blijkt uit een daling van het aantal nieuwe orders. De industriële productie en de detailhandelsverkopen groeien redelijk snel dankzij de overheidsmaatregelen. De dienstensector groeit, maar in een zwakker tempo.
De overheid houdt de vastgoedmarkt nog steeds nauwlettend in de gaten. Het oplossen van de problemen in de vastgoedsector is essentieel om het vertrouwen te stimuleren en de binnenlandse vraag aan te zwengelen. Daarom is de overheid bereid om verdere steun te verlenen indien nodig.
Niet in het minst vanwege deze steun en een herstel van de wereldhandel - zoals bevestigd door overeenkomstige gegevens - verwachten we dat de Chinese economie zich de komende maanden verder zal herstellen. De grootste bedreiging voor het herstel zijn de escalerende handelsspanningen. Daarnaast blijft de deflatoire druk zorgen baren. Een bbp-groei van 5% voor 2024 blijft een ambitieuze doelstelling, waarvoor zeker extra politieke steun nodig is en protectionistische maatregelen niet verder mogen escaleren.