DNB: Aandachtspunten renterisicobeheersing verzekeraars

DNB: Aandachtspunten renterisicobeheersing verzekeraars

Risk Management Insurance companies
Rente (04) inflatie

Op sectorniveau beheersten verzekeraars het renterisico in 2022, een jaar waarin de rentestanden flink veranderden, redelijk tot goed, is de conclusie van een themaonderzoek hiernaar van DNB.

Dit blijkt uit de stabiel gebleven solvabiliteitsratio's en een gestegen (economische) lange-termijn-solvabiliteitsratio van de geaggregeerde sector in deze periode. Wel zijn bij alle onderzochte verzekeraars in meer of mindere mate incidenten geweest bij de beheersing van het renterisico. Dit heeft geleid tot een set aan aandachtspunten voor levens- en schadeverzekeraars. In dit nieuwsbericht leest u deze aandachtspunten.

Levensverzekeraars

Nederlandse (levens)verzekeraars hebben langlopende verplichtingen die gewaardeerd worden op basis van rentes die hoger zijn dan de huidige markrentes. Dit komt door het gebruik van de Ultimate Forward Rate (UFR) in het Solvency II toezichtskader. Door de verschillende waarderingsgrondslagen kan op termijn een tekort ontstaan (het UFR-tekort) dat moet worden aangevuld om de technische voorziening op peil te houden.

Verzekeraars beheersen hun renterisico dus in meerdere raamwerken: Solvency II raamwerk, lange termijn zonder UFR en accountinggrondslagen. In het hedgebeleid worden keuzes gemaakt over welke rente gehedged wordt. De keuze om in één raamwerk te hedgen heeft impact op de rentegevoeligheid in de andere raamwerken.

Daarom monitort De Nederlandsche Bank (DNB) zowel de wettelijk solvabiliteitsratio als de (economische) lange termijn solvabiliteitsratio op basis van de marktrentes.

Aandachtspunten

Het blijft voor levensverzekeraars de uitdaging om het renterisico in meerdere raamwerken tegelijk te beheersen. Daar waar ruimte is, zetten verzekeraars zich in om de verschillen tussen de raamwerken kleiner te maken. Dit wordt onder andere gedaan door met swaptions een potentiële verhoging van de UFR-drag te hedgen bij lagere marktrentes. Ook harmoniseren verzekeraars, voor zover mogelijk, de aannames tussen de accounting en Solvency II-raamwerken, zodat de rentegevoeligheden gelijker worden.

De meeste onderzochte verzekeraars zijn door de verhoogde rentevolatiliteit en de geïnverteerde rentecurve tijdelijk meer de Solvency II ratio gaan hedgen in plaats van de langetermijn solvabiliteitsratio. Verzekeraars zagen het risico dat het lange eind van de swapcurve oploopt, waardoor er, bij het hedgen van de lange termijn solvabiliteitsratio, verliezen zouden worden geleden onder Solvency II. DNB stelt in de Good Practice Kapitaalbeheer verzekeraars dat het een Good Practice is om, naast de solvabiliteit nu, ook naar de lange termijn solvabiliteit zonder UFR te kijken.

Een accurate monitoring van het hedgedoel verbetert de renterisicobeheersing. Uit het onderzoek bleek dat bij een aantal verzekeraars doelen die in het hedgebeleid staan niet terugkomen in de periodieke rapportages. Monitoring geeft niet alleen inzicht, maar is ook effectiever: uit het onderzoek bleek dat verzekeraars bij wie de monitoring niet aansluit op het hedgedoel, minder effectief hun renterisico beheersen.

De niet-lineaire rentegevoeligheden van de solvabiliteitskapitaalvereiste (SCR) en het eigen vermogen na de grote renteschokken in 2022 verrasten levensverzekeraars. Voorbeelden van waar deze niet lineaire rentegevoeligheden speelden zijn restricties in de toelaatbaarheid van het eigen vermogen (tiering restricties) en het veranderen van restrictieve, standaard-formule schokken, zoals tussen rente up versus rente down-schok of de massaal verval schok. Ook werd de impact van renteveranderingen op de IFRS 17-balans niet altijd voorzien.

Hiervan kunnen levensverzekeraar leren dat het voor de beheersing van het renterisico van belang is om grotere renteschokken (>100bps) mee te nemen in de risicoanalyse, om deze niet-lineaire effecten goed te overzien. De doorgerekende schokken in de renterisico modellen waren namelijk lager dan de gerealiseerde renteschok in 2022, waardoor de gevoeligheden niet in beeld waren.

Het kost veel tijd om  de rentegevoeligheid van de verplichtingen te berekenen, en dat beperkt het actuele beeld van het renterisico. Die lange doorlooptijd leidt er namelijk toe dat de rentegevoeligheid van de verplichtingen meestal één keer per kwartaal wordt doorgerekend. Tussentijds schatten verzekeraars de rentegevoeligheid met behulp van gevoeligheden. Een aantal instellingen heeft plannen om deze berekeningen te versnellen om zo vaker de actuele rentegevoeligheid van de verplichtingen te berekenen. Dit is waardevol voor perioden waarin de rente in korte tijd veel verandert. DNB wijst erop dat het de verantwoordelijkheid van het risicomanagement van verzekeraars is om de risico’s waaraan zij blootstaat voortdurend te meten, inclusief de gevolgen van wisselende rente-omgevingen op het renterisicoprofiel.

Een goede resultaatattributie analyse bevordert de beheersing van het renterisico, maar niet alle verzekeraars doen dat. Een verzekeraar die consequent acteert op afwijkingen van geobserveerde realisaties ten opzichte van de vooraf verwachte rentegevoeligheden, verbetert de renterisico-modellen. Met het periodiek uitvoeren van deze analyse worden de modellen continu verbeterd en het begrip hiervan binnen de organisatie vergroot.

Verzekeraars bij wie de verschillende afdelingen betrokken bij de beheersing van het renterisico goed samenwerken, komen tot een hoger niveau van risicobeheersing. Een goede renterisicobeheersing begint met een helder doel van het renterisicobeleid dat wordt gedeeld in de organisatie. Daarnaast zijn de betrokken afdelingen op de hoogte van de werking van de interne renterisicomodellen en de renterisicopositie die de verzekeraar inneemt evenals de interactie tussen deze twee. Dit was niet altijd het geval.

Schadeverzekeraars

Schadeverzekeraars hebben een kortere looptijd van de verplichtingen, waardoor de impact van renteveranderingen kleiner is. De beleggingen van sommige schadeverzekeraars zijn echter langer dan de verplichtingen, vanwege het hogere rendement op deze lange(re) looptijdinvesteringen. Bij schadeverzekeraars is het renterisico daarom meer onderdeel van het marktrisico. Hierdoor is er minder nadruk op asset en liability management(ALM) dan bij levensverzekeraars. Voor inkomensverzekeringen geldt wel hetzelfde perspectief als voor levensverzekeraars.

Aandachtspunten

Bij een gediversifieerde marktrisico blootstelling kan een bepaalde hoeveel­heid renterisico gelopen worden vanuit een rendementsoogpunt. Het is, aldus Solvency II, van belang dat dit bewust en beheerst gebeurt en dat het adequaat gemonitord wordt.

De 2e orde-effecten van het renterisico, bijvoorbeeld de impact van de gestegen rente op het aantal afgesloten nieuwe verzekerings­contracten, kunnen een grotere rol spelen dan het directe effect van het renterisico.