Ronde Tafel ‘Energy Transition Infrastructure’ – Deel 2: De praktijk

Ronde Tafel ‘Energy Transition Infrastructure’ – Deel 2: De praktijk

Infrastructure Energy Transition
FI-4 - 2024 - RT Energy Transition Infrastructure - Deel 2.jpg

De hogere rentes en toenemende duurzaamheidsrisico’s wordt het voor beleggers in de energietransitie om goede rendementen te behalen. De deelnemers aan de Ronde Tafels kwamen met tips voor in de praktijk.

Door Hans Amesz

Dit is deel 2 van het verslag. Deel 1 lees je hier en deel 3 lees je hier.

 

VOORZITTER:

Sebastiaan Ranner, MN

 

DEELNEMERS:

Richard Braakenburg, SUSI Partners

Jocelyn Dioux, Mirova (onderdeel van Natixis Investment Managers)

Mark Gilligan, AXA IM Alts

Jules Koekkoek, Aegon Asset Management

Rosheen McGuckian, NTR (namens Legal & General Investment Management)

Bart van Merriënboer, a.s.r. real assets investment partners

Paul O’Donnell, Schroders Capital

Angeles Toledo, Blue Sky Group

Albena Vassileva, IFM Investors

 

Hoe kunnen (beginnende) institutionele beleggers het beste beginnen met het opbouwen van een portefeuille rondom het thema energietransitie en hoe kunnen ze de verschillende risicocategorieën in balans brengen?

Toledo: ‘Het eerste uitgangspunt voor een pensioenfonds is dat er een acceptabel risico-rendementsprofiel moet zijn dat op één lijn moet zitten met dat van de deelnemers. Als beheerder van pensioengelden kijken we vervolgens naar de mogelijkheden om te investeren in de energietransitie. Daarbij gaat het niet alleen om infrastructuur, hernieuwbare energie en verschillende soorten opslag, maar ook over duurzaam vastgoed en de circulaire economie. We zijn op zoek naar goede, voor risico gecorrigeerde langetermijnrendementen, maar ook naar investeringen die een positieve impact hebben. Bij dit alles moeten we rekening houden met regelgeving, op dit moment een grote zaak in Europa met de groene taxonomie, de SFDR, en de risico’s conform de aanbevelingen of best practices van DNB. En last but not least speelt reputatie een belangrijke rol.’

Van Merriënboer: ‘Veel van mijn klanten, middelgrote pensioenfondsen, hebben een echte wens om te beginnen met beleggen in de energietransitie. Aan ons de taak om een gebalanceerde verdeling te maken. Immers, de stap naar risicovol beleggen is er misschien een te ver. Toch blijven er nog genoeg mogelijkheden om stappen te zetten en een portefeuille op te bouwen.’

Toledo: ‘Om het voor investeerders met een laag risicoprofiel aantrekkelijker te maken, heb ik in het verleden een mixed strategie gemaakt, waarbij het grootste deel van de investering naar beleggingen met een laag risico en een stabiele kasstroom ging. Het resterende kleinere deel ging naar meer risicovolle beleggingen met veel upside potentieel.’

Gilligan: ‘Beginnende institutionele beleggers in de energietransitie moeten grote projecten vermijden en investeren in gemoduleerde mogelijkheden als duurzame wind- en zonne-energie op land. Als iemand je vraagt om te investeren in koolstofafvang en -vastlegging voor een groot project, wees dan heel voorzichtig.’

McGuckian: ‘Als je een weg probeert te vinden om voor het eerst in de energietransitie te investeren, zou ik zeggen: ga voor bewezen technologieën en voor een hoog percentage gecontracteerde inkomsten op de lange termijn. Als je je niet op je gemak voelt en niet alles helemaal begrijpt, wees dan voorzichtig.’

 

Ga voor bewezen technologieën en voor een hoog percentage gecontracteerde inkomsten op lange termijn.

 

Braakenburg: ‘Een gedistribueerde aanpak kan voor een beginnende institutionele belegger aantrekkelijker zijn dan bijvoorbeeld een groter enkel ticket voor bijvoorbeeld grote offshore windprojecten. Verder zou ik ervoor willen pleiten dat het mandaat van vermogensbeheerders in het geval van de energietransitie een beetje breder wordt. Dat betekent niet dat een beheerder aan CCS moet doen, carbon capture and storage, of SAF, sustainable aviation fuel, maar wel op zijn minst de mogelijkheid moet hebben om bijvoorbeeld opslag toe te voegen en te kijken naar andere aspecten van de energietransitie.’

Wat zijn de belangrijkste risico’s van investeringen in de energietransitie en hoe kan je die op de juiste manier beperken?

Gilligan: ‘Naarmate verschillende landen de energietransitie op verschillende manieren benaderen en markten van jaar tot jaar interessanter en minder interessant worden, kan je selectief kapitaal toewijzen aan de verschillende markten, afhankelijk van hoe die zich ontwikkelen. Je hebt een tapestry approach nodig om de verschillende risico’s in de verschillende fasen van het project te managen.’

McGuckian: ‘Door het afsluiten van langetermijncontracten kunnen de risico’s worden beperkt. Twee dingen die me bij wijze van spreken ’s nachts wakker houden, zijn de invloed van stroomtarieven op de rendementen en de datum van aansluiting op het elektriciteitsnet. Krijgen we die wel als die is toegezegd?’

Braakenburg: ‘Wij kijken naar manieren om te diversifiëren met betrekking tot de afname. Gunstig is dat een aantal markten nog steeds gesubsidieerd wordt en dat we waarschijnlijk ook CFDs, contracts for differences, zullen zien verschijnen in andere markten.’

O’Donnell: ‘Als je kijkt naar wat er op ons afkomt, is het grootste risico de mate waarin de assets die we bezitten, op netto nul zijn afgestemd. We moeten de zekerheid hebben dat ze fundamenteel zijn en gericht op netto nul. Dat zullen niet precies dezelfde assets zijn als in een wereld met 1,5°C, 2°C of 3°C graden opwarming. Nogmaals, de grootste uitdaging voor wereldwijde beleggers in de komende, zeg, tien jaar, is dat ze hun portefeuille moeten afstemmen op een net zero-wereld.’

 

Ik zou ervoor willen pleiten dat het mandaat van vermogensbeheerders in het geval van de energietransitie een beetje breder wordt.

 

Gilligan: ‘Als ik kijk naar de nieuwe investeringsmogelijkheden, naar waar we bijvoorbeeld meer bouwen en ontwikkelen, of meer participeren in platformbedrijven, ben ik er vrij zeker van dat de dingen die we vandaag de dag doen over niet al te lange tijd echt zullen aanslaan bij institutionele beleggers. Die zullen bepaalde diensten herkennen als enorm robuust zonder het risico op overtolligheid of stranding.’

Dioux: ‘In aanvulling op wat hiervoor is gezegd met betrekking tot investeringen in bedrijven, is sterke governance belangrijk voor ons. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de belangen van investeerders worden beschermd. Wij zijn geen slapende partner.’

Braakenburg: ‘We zorgen ervoor dat onze portfolio-bedrijven op elkaar zijn afgestemd, dat ze op één lijn zitten. Dat is meer een private equity-mentaliteit, niet alleen gericht op het succes van het platform, maar ook op de assets zelf die we ontwikkelen, bouwen en bezitten. Het afstemmingsaspect is voor ons van cruciaal belang.’

Toledo: ‘Ik zou aandacht willen vragen voor de milieu- en sociale aspecten die steeds belangrijker worden. Het ‘do no significant harm’-principe. Uiteindelijk vallen die allemaal onder potentiële reputatierisico’s voor institutionele beleggers. Dat is een van de dingen waar wij ons echt op willen richten.’

Vassileva: ‘Risico’s die zeer specifiek zijn voor de energietransitie zijn onder meer de exposure naar prijsfluctuaties – vooral van elektriciteit, de snelle technologische veranderingen, en regelgeving. Naarmate we beginnen te diversifiëren van traditionele renewables naar nieuwe sectoren, nemen deze risico’s aanzienlijk toe. Om die te beheersen moeten beleggers zeer selectief en kritisch zijn. Onze aanpak is om een zeer gedetailleerd due diligenceonderzoek uit te voeren en te investeren in industriële partnerschappen – voor bouw, exploitatie en commerciële off-take.’

 

De grootste uitdaging voor wereldwijde beleggers in de komende, zeg, tien jaar, is dat ze hun portefeuille moeten afstemmen op een net zero-wereld.

 

De afgelopen twee jaar is de rente aanzienlijk gestegen. Wat zijn daarvan de gevolgen voor investeringen in de energietransitie?

Koekkoek: ‘Ten opzichte van beleggen in eigen vermogen is beleggen in vreemd vermogen veel aantrekkelijker geworden omdat de rendementen dicht bij elkaar zijn komen te liggen.’

Dioux: ‘We moeten voorzichtig zijn met hoe we assets en bedrijven op dit moment waarderen, maar ik zou zeggen dat het voor de portefeuille uit het verleden niet veel pijn doet omdat het werd gecompenseerd door inflatie.’

McGuckian: ‘De rentestijging heeft, denk ik, het groeitempo dat we nodig hebben in de energietransitie vertraagd. Er is een hiaat van misschien wel twaalf tot achttien maanden ontstaan voor projectrendementen om in te halen. Goede projecten met sterke fundamenten zullen worden gebouwd, andere marginale misschien niet.’

Van Merriënboer: ‘De stijgende rente is een uitdaging voor de energietransitie, maar voor institutionele beleggers creëert het een breder perspectief in de energiemarkt, in de zin dat andere beleggingscategorieën die in het verleden, toen de rente laag was, minder aantrekkelijk waren, nu aantrekkelijker worden. Ze zijn meer concurrerend, vooral in het coresegment van infrastructuur. Institutionele beleggers ondervinden meer concurrentie bij het alloceren van kapitaal, wat ook een extra risico kan zijn.’

Vassileva: ‘In sommige opzichten zien we voordelen aan het einde van ‘goedkoop geld’. Alleen de beste projecten zullen overleven en de mindere projecten zullen achterblijven. Daarom hebben we een gezonde correctie in de waarderingsverwachtingen gezien, vooral voor nieuwe projecten die zich nog in de pijplijn bevinden. De nieuwe omgeving die hierdoor is ontstaan, is nuchterder en maakt het sluiten van rationelere deals mogelijk.’

 

Ten opzichte van beleggen in eigen vermogen is beleggen in vreemd vermogen veel aantrekkelijker geworden.

 

Hoe kunnen investeerders de milieu- en sociale risico’s van de energietransitie beperken?

Braakenburg: ‘Het is belangrijk dat je controle hebt over je investeringen, om daadwerkelijk te kunnen sturen, hetzij als meerderheidsaandeelhouder van een project, dan wel als eigenaar van een platform met een managementteam. Om ESG-risico’s te beperken, moeten we de hele levenscyclus van een project in ogenschouw nemen. We doen een due diligence-onderzoek. Dat omvat bedrijfsbezoeken, fabrieksbezoeken, enzovoort.’

McGuckian: ‘Wij hebben nogal wat werk verricht om bijvoorbeeld de vogelhabitat te diversifiëren en aan rewilding te doen. We hebben ook natuurlijke heggen geplaatst. Na onze interactie zijn flora en fauna daadwerkelijk verbeterd. Ik denk dat zo’n beetje iedereen het ermee eens is dat de sector als geheel goede stappen heeft gezet en blijft zetten: we gaan weg van ‘doe geen kwaad’ naar ‘maak er een betere plek van’. Er is veel activiteit. In delen van de toeleveringsketen zit nog altijd een uitdaging. We hebben gedragscodes voor onze leveranciers en leggen onze eisen vast. We houden ze voor dat we het leveringscontract intrekken als ze niet doen wat is overeengekomen.Ik denk overigens dat niemand van ons kan zeggen het probleem van de mensenrechten in bepaalde landen voor honderd procent te hebben opgelost.’

O’Donnell: ‘Veel investeerders zijn niet alleen financieel gedreven. Als onderdeel van hun investeringsbeoordeling wordt ESG steeds belangrijker. Het soort discussies dat we nu met veel van onze investeerders hebben, gaat aanzienlijk verder dan over financiële prestaties. Ze willen begrijpen waar we naartoe willen. Het is belangrijk dat ze vertrouwen hebben in de mensen met wie ze werken.’

Gilligan: ‘Bij het beperken van de milieuen sociale risico’s kan een op maat gesneden ESG-ratingsysteem een essentiële rol spelen. Dat pas je toe voordat je investeert en herhaal je jaarlijks. Zo kan je de ESG-prestaties in de loop van de tijd volgen en meten en die opslaan in een database. Dat draagt bij aan het stimuleren van ESG-prestaties op de lange termijn. De traceerbaarheid en transparantie worden beter naarmate er meer controleerbare ESG-ratingsystemen zijn. Ik denk dat dit een van de evoluties is die we de komende tien jaar in de sector zullen zien.’

 

Institutionele beleggers ondervinden meer concurrentie bij het alloceren van kapitaal, wat ook een extra risico kan zijn.

 

Toledo: ‘Het is heel goed dat de industrie zich steeds meer op deze belangrijke aspecten richt. Want aan de ene kant weten we dat problemen zich voordoen, aan de andere kant mogen die de energietransitie niet ophouden. Om een voorbeeld te noemen: het verkleinen van de toeleveringsketen en zonnepanelen die uit China komen. Je weet dat de arbeidsomstandigheden daar veelal niet deugen, maar houdt dat je tegen om te investeren? Daarom is het belangrijk dat beleggers betrokken blijven en hun stem laten horen om aandacht voor deze controverses te krijgen en uiteindelijk dingen te verbeteren.’

Koekkoek: ‘Onze klanten zijn zeer selectief in het investeringsproces en dat is in de praktijk soms restrictief. Er zijn bijvoorbeeld veel overwegingen bij het investeren in zonne-energie, omdat meer dan driekwart van het polysilicium voor zonnepanelen uit China komt, voornamelijk uit de provincie Xinjiang.’

Dioux: ‘Een manier om de noodzaak van duurzaam inkopen te versterken is het samenbrengen van een groot deel van de spelers, ontwikkelaars en investeerders om een soort gemeenschappelijke ESG-basis te hebben. We willen ook alle ontwikkelaars waarin we investeren, helpen bij het ontwerpen van milieuvriendelijke producten en een sociaal actieplan, dat nu een groot onderdeel van het bedrijfsmodel aan het worden is.’

Van Merriënboer: ‘Wij fungeren als poortwachters van het institutionele geld. Veel kan vooraf worden onderzocht bij een due diligence-onderzoek. We moeten het beleid vertalen voor onze beleggers. Waar willen zij hun geld op inzetten? Op welke SDGs willen ze zich richten? Dat moet allemaal in het beginstadium worden geregeld. Op die manier proberen we de meeste risico’s te mitigeren.’

 

Sebastiaan RannerSebastiaan Ranner (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Sebastiaan Ranner is Principal Portfolio Manager Private Equity & Infrastructure bij MN, waar hij sinds 2007 werkzaam is. Hij is ook lid van de adviesraad van verschillende wereldwijde private equity- en infrastructuurfondsen. Daarnaast ligt zijn focus op impactinvesteringen op het gebied van Energietransitie, Innovatie, Gezondheidszorg en Circulaire Economie. Vóór MN werkte Ranner bij Holland Corporate Finance, ING Real Estate en ABSA Bank in Zuid-Afrika.

 

Richard BraakenburgRichard Braakenburg (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Richard Braakenburg is Co-CIO van SUSI Partners, waar hij in 2020 aantrad om leiding te geven aan de energieopslagstrategie van het bedrijf. In 2021 nam hij het beheer van de bredere OESOaandelenactiviteiten over en sinds eind 2023 is hij Co-CIO. Eerder was hij Chief Financial Officer bij Pivot Power en Senior Vice President, Distributed Energy & Onshore Renewables, bij Macquarie Green Investment Group,

 

Jocelyn DiouxJocelyn Dioux (photo archive Mirova) 600x600

Jocelyn Dioux is sinds 2019 Investment Director en stemgerechtigd lid van het beleggingscomité van Mirova. In zijn rol zoekt, voert en beheert hij asset- en bedrijfstransacties in Europa, met een focus op Frankrijk, Oost- en NoordEuropa. Eerder werkte hij voor KPMG TS, Rive PI en 123 IM, waar hij zich toelegde op de energietransitiesector.

 

Mark GilliganMark Gilligan (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Mark Gilligan is Head of Infrastructure bij AXA IM - Real Assets en is daar verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het aanbod van infrastructuuraandelen. Voordat hij daar in 2016 in dienst trad, was hij werkzaam bij UBS Asset Management als Head of European Infrastructure. Daarvoor werkte hij tien jaar als advocaat in Sydney, Australië. Eerder was hij technisch geoloog.

 

Jules KoekkoekJules Koekkoek (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Jules Koekkoek is Senior Portfolio Manager in het Private ABS and Infrastructure team, onderdeel van het Alternative Fixed Income team van Aegon Asset Management. De afgelopen jaren werkte hij in vergelijkbare rollen bij a.s.r. en ACTIAM. Eerder vervulde hij diverse rollen in fixed income bij Lehman, UBS en Citi, en bij de Pension Advisory Group van Goldman Sachs.

 

Rosheen McGuckianRosheen McGuckian (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Rosheen McGuckian is sinds 2013 CEO van NTR. Zij heeft een PhD in Change Management van Dublin City University en werd in 2023 verkozen tot ‘Woman of influence’ in infrastructure private funds. Eerder was zij genomineerd als een van de Top 25 in de Global Women’s Power List en Top 50 in de Global Green Fund Power List.

 

Bart van MerriënboerBart van Merriënboer (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Bart van Merriënboer is Senior Portfoliomanager Infrastructuur bij a.s.r. real assets investment partners. Sinds 2007 houdt hij zich bezig met de selectie, monitoring en implementatie van vermogensbeheerders en portefeuilleconstructie en portefeuillebeheer voor institutionele beleggers. Hij houdt zich voornamelijk bezig met private equity en infrastructuur, maar ook met privaat vastgoed en verschillende private debt-strategieën. Van Merriënboer is ruim 30 jaar werkzaam in de financiële industrie.

 

Paul O’DonnellPaul O'Donnell (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Paul O’Donnell is Portfolio Manager van Schroders Capital Greencoat Renewables. Met meer dan 20 jaar ervaring, waarvan 17 in duurzame energie, specialiseert hij zich sinds 2009 in winden zonne-energie bij Schroders Greencoat LLP, waar hij sinds 2016 Partner is. Voordien werkte hij bij Libertas Capital, een investeringsbank voor duurzame energie, en PwC Ireland.

 

Angeles ToledoAngeles Toledo (foto credits Joep van Drunen) 600x600

Angeles Toledo is Team Lead Sustainable Investments (ESG) Advisors bij Blue Sky Group. Eerder was ze Lead Fund Manager van het Triodos Groenfonds. In 2022 en 2023 is Toledo erkend als een van de Top 50 Women in Sustainable Finance in Nederland. Voor haar rol in de energietransitie ontving ze in 2021 in Londen de prijs Women Smart Energy Award category Finance.

 

Albena VassilevaAlbena Vassileva (foto archief IFM) 600x600

Albena Vassileva is Executive Director Infrastructure bij IFM Investors en daar actief betrokken bij de energietransitieinitiatieven. Tot nu toe is ze betrokken geweest bij de over­- names van Naturgy en SQ Renewables, en bij de besturen van Anglian Water en Veolia Poland. Eerder gaf Vassileva leiding aan het M&A Advisory-team voor Energie bij ABN AMRO Bank en was zij Managing Director bij Advent International, en Senior Investment Manager bij ABN AMRO Capital.

 

Attachments